Organisisme: het leven is een cyclus
Organisisme: het leven is een cyclus
Deze blog is onderdeel van de reeks ‘het RFT-woordenboek‘. RFT staat voor Relational Frame Theory. Dat is een geweldige theorie over hoe taal en ons gedrag samenhangen. RFT kan voor nieuwkomers wat uitdagend zijn om in te komen. Het heeft veel woorden die haast wel een vreemde taal lijken. Daarom zijn deze blogs er, als een soort woordenboek voor RFT. De dikgedrukte woorden in de tekst vind je terug in het woordenboek.
In de vorige blogs hebben we gezien dat waarheid en bewijs afhankelijk zijn van hoe je naar het leven kijkt: je wereldbeeld. We hebben gesteld dat je niet zonder wereldbeeld naar het leven kan kijken. Een algemeen wereldbeeld wordt door wetenschapsfilosoof Pepper (1942) ook wel een wereldhypothese genoemd. Sommige wereldhypotheses zijn geschikt voor wetenschap en anderen niet. In de vorige blog hebben we gekeken naar de eerste wereldhypothese die geschikt is voor wetenschap: het vormisme. Deze week staan we stil bij de wereldhypothese die het organisisme heet.
Organisisme
Het organisisme is een wereldhypothese die uitgaat van een cyclische beweging. Door deze cyclische beweging vormen afzonderlijke elementen steeds meer een geheel. Deze cyclische beweging gaat in fases.
Fases
In de eerste fase zijn de afzonderlijke elementen nog los van elkaar. Ze hebben geen verband of relatie.
In de tweede fase vormen de afzonderlijke elementen relaties. Sommige elementen gaan niet lekker samen. Dit worden conflicten genoemd. De conflicten komen naar de voorgrond in fase drie
In de vierde fase worden de conflicten uitgewerkt.
Als de conflicten uitgewerkt zijn is er in de vijfde fase een nieuw kloppend geheel.
Dit nieuwe kloppende geheel kan weer worden verstoord door de komst van nieuwe elementen die voor conflict zorgen. Dan begint de cyclus weer opnieuw.
Waarheid
Zoals eerder besproken heeft elk wereldhypothese een waarheidscriterium. In het geval van het organisisme is Iets waar als hetgeen men onderzoekt zich naar een coherent (kloppend) geheel beweegt, door bepaalde fases heen.
Organisisme in de psychologie
Een voorbeeld uit de psychologie is de groepsdynamica theorie van Tuckman (1965). Hierin beschrijft Tuckman hoe een groep een groep wordt. De fases van Tuckman komen niet helemaal een-op-een overeen met de fases van die Pepper beschrijft. Tuckman slaat voor het gemak soms een fase over. Toch zijn de organische roots goed terug te zien in Tuckman’s model. De eerste fase van Tuckman is het heet Forming, hierbij gaan de afzonderlijke individuen relaties aan.
Sommige relaties lopen lekker, in anderen is er conflict. Tijdens de Storming fase komt het conflict boven tafel.
Na de storming fase komt de norming fase. Tijdens de norming fases worden de conflicten uitgewerkt.
Tijdens de laatste fase, de performing fase, opereert de groep als een coherent geheel zonder conflicterende relaties binnen de groep. De groep is nu één geheel.
Als er nieuwe groepsleden bijkomen dan begint de cyclus opnieuw bij de forming fase.
Dit is eigenlijk de enige theorie, die ik ken binnen de psychologie, die puur organistisch is. Andere theorieën die ook gebruik maken van fases zijn vaak op meerdere wereldhypotheses gebaseerd, o.a. het mechanisisme. Het is overigens niet heel handig om wereldhypotheses te mengen. Waarom dat is, kom ik later op terug. In de volgende blog zullen we eerst kijken naar het mechanisisme. Het mechanisisme is het meest gebruikt in de hedendaagse psychologie.
Ik vind het belangrijk dat deze kennis vrij toegankelijk is. Vond je dit artikel waardevol? Dan kun je me steunen met een vrijwillige bijdrage, klik hier voor meer.
Referenties
Pepper, S. C. (1942). World hypotheses: A study in evidence (Vol. 31). Univ of California Press.
Tuckman, B. W. (1965). Developmental sequence in small groups. Psychological bulletin, 63(6), 384.